DUURZAME GRONDSTOFFEN

Kinderarbeid bestrijden in de Filipijnse kokosnootketen

een succesvolle pilot komt ten einde

Na bijna vier jaar loopt de pilot van het programma Bestrijding Kinderarbeid – Bescherming van kinderrechten in de kokosnootketen ten einde. Wat heeft dit initiatief concreet bereikt?

Op 30 januari kwam het consortium bijeen om terug te blikken op de resultaten van de pilot, gericht op het voorkomen van kinderarbeid in de Filipijnse kokosnootsector. Dit samenwerkingsverband tussen bedrijven, overheden en maatschappelijke organisaties heeft gewerkt aan het in kaart brengen van kinderarbeidrisico’s en het implementeren van structurele verbeteringen met een gebiedsgerichte aanpak. Tijdens de bijeenkomst werd besproken welke inzichten zijn opgedaan en hoe deze bijdragen aan bredere duurzaamheid in de sector.


Een geïntegreerde aanpak

Kinderarbeid blijft een groot probleem in internationale productieketens en vereist een brede en gecoördineerde aanpak. Deze pilot in de Filipijnse kokosnootindustrie laat zien hoe bedrijven, overheden, ngo’s en lokale gemeenschappen effectief kunnen samenwerken met behulp van bewezen methoden.


Dit initiatief werd mogelijk gemaakt door MVO, VERNOF, RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) en een breed consortium, waaronder Cargill, Wilmar, Dignity in Work for All, Cordaid, Maguindanaon Development Foundation, de Integrated Rural Development Foundation en Global March Against Child Labour. Door expertise te bundelen op het gebied van monitoring, due diligence, gemeenschapsontwikkeling en overheidsbeleid ontwikkelde het consortium een duurzame en structurele aanpak om kinderarbeid te verminderen en te voorkomen.


Fasering en belangrijkste resultaten

Het project werd uitgevoerd in de Filipijnse kokosnootregio’s Sarangani en Zamboanga Del Norte en bestond uit drie fasen:


1. Onderzoek en voorbereiding (2020-2021)

Deze fase richtte zich op het uitvoeren van baseline studies om de aard en oorzaken van kinderarbeid in de kokosnootsector in kaart te brengen. Dit legde de basis voor een effectieve, op data gebaseerde strategie.


2. Ontwikkeling en pilotprogramma’s (2021-2022)

In deze fase werden opleidingsmodules, samenwerkingen met lokale overheden en gemeenschappen en de eerste tests van het Child Labour Monitoring and Remediation System (CLMRS) opgezet. Dit systeem hielp kinderarbeid te signaleren en aan te pakken.


3. Implementatie en opschaling (2023-2024)

De laatste fase richtte zich op uitbreiding en verankering van succesvolle strategieën. Het CLMRS werd geïntegreerd in due diligence-processen van bedrijven en in beleidsrichtlijnen binnen de sector. Dit sluit aan bij aankomende wetgeving zoals de Europese richtlijn Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD).


Concrete resultaten en Inzichten


1. Kinderarbeid monitoren en aanpakken

Het CLMRS speelde een centrale rol in dit project. Lokale kinderarbeidcommissies en gemeenschapsgerichte helpdesks zorgden ervoor dat kinderen naar school gingen en alternatieven kregen aangeboden. Dankzij samenwerking met bedrijven en overheden werd het systeem ingebed in due diligence-processen, waardoor het effect structureel wordt gewaarborgd.


2. Due diligence en verantwoordelijkheid in de keten

Dignity in Work for All werkte samen met Cargill en Wilmar om kinderarbeid due diligence (CLDD) te versterken en een supplier management framework (SMF) te ontwikkelen voor de kokosnootketen. Belangrijke onderdelen hiervan zijn:

  • Integratie in beleid: Due diligence principes verankeren in bedrijfsstrategieën.
  • Leveranciersmanagement: Bewustwording en capaciteitsopbouw bij leveranciers.
  • Overheidssamenwerking: Beleidsontwikkeling met de Filipijnse overheid en arbeidsinspectie.
  • Koppeling CLMRS en due diligence: Bedrijven helpen CLMRS-data te benutten in hun beleid.

Binnen bedrijven werden trainingen gegeven over leveranciersbeheer en veilige werkomstandigheden, terwijl op gemeenschapsniveau campagnes werden gevoerd over kinderrechten en alternatieve inkomstenbronnen.


3. Verbetering van levensomstandigheden van boeren

Armoede is een van de belangrijkste oorzaken van kinderarbeid. Dit project hielp boeren economisch vooruit door:

  • Gewasdiversificatie: Stimuleren van cacao- en bananenteelt naast kokosnoot.
  • Toegang tot markten: Training in collectieve verkoop en eerlijke prijsafspraken.
  • Overheidssteun: Verbinding met subsidie- en verbeterprogramma’s via de Filipijnse Kokosnootautoriteit.

Samenwerking publiek-privaat

De samenwerking tussen bedrijven, ngo's en overheden was essentieel voor het succes van de pilot. Lokale overheden speelden een actieve rol bij monitoring en het ondersteunen van boeren terwijl de Nederlandse overheid via RVO en het Fonds Bestrijding Kinderarbeid subsidies en technische ondersteuning bood. Deze publiek-private samenwerking zorgde ervoor dat interventies zowel praktisch als beleidsmatig goed ingebed werden, wat de basis vormt voor blijvende verbeteringen.


Vervolgstappen

Hoewel de pilot ten einde loopt, gaan de inspanningen door. Er liggen plannen voor sectorbrede implementatie waarbij de geleerde lessen kunnen worden toegepast op de bredere Filipijnse kokosnootindustrie. Daarnaast kan het CLMRS door samenwerking met overheden worden opgenomen in bestaande arbeidsbeschermingswetten. Ook kunnen de lessen uit dit project worden ingezet voor andere kokosnootproducerende regio’s.