DUURZAME GRONDSTOFFEN

Nederland steunt EU-voorstel voor aanpassing duurzaamheidswetgeving

Nederland steunt de Europese aanpassing van duurzaamheidsregels, maar waarschuwt voor regeldruk en gevolgen voor kleinere bedrijven.

Op 24 maart stuurde de Nederlandse regering haar officiële appreciatie (het zogeheten BNC-fiche) over het Europese Omnibusvoorstel naar de Tweede Kamer en de Eerste Kamer. In dit voorstel worden aanpassingen voorgesteld aan onder andere de richtlijnen voor duurzaamheidsrapportage (CSRD) en due diligence (CSDDD). De Europese Commissie wil hiermee de uitvoerbaarheid van de regels verbeteren en onnodige lasten voor bedrijven voorkomen. Nederland steunt deze benadering in grote lijnen.


Europese aanpak met oog voor uitvoering

Het kabinet benadrukt dat een sterke Europese aanpak van duurzaam ondernemen – gebaseerd op de UN Guiding Principles en de OESO-richtlijnen – noodzakelijk is. Tegelijkertijd is het van belang dat de regeldruk in verhouding blijft tot het beoogde effect. Juist daarom spreekt de Nederlandse overheid zich positief uit over het zogeheten ‘Stop-the-clock’-voorstel, dat de implementatie van bepaalde verplichtingen tijdelijk opschuift.


Volgens het BNC-fiche is het belangrijk te voorkomen dat bedrijven verplicht worden te investeren in systemen of processen die kort daarna door Europese wijzigingen alweer worden aangepast. Dat ondermijnt het draagvlak én leidt tot onnodige kosten. De tijdelijke pauze moet bedrijven de ruimte geven om zich goed voor te bereiden.


Zorg om het mkb en trickle-down effecten

De zorgen van Nederland richten zich met name op het midden- en kleinbedrijf. Hoewel kleinere bedrijven formeel vaak buiten de reikwijdte van de CSRD en CSDDD vallen, kunnen zij toch geconfronteerd worden met eisen vanuit grotere ketenpartners. Nederland vraagt daarom aandacht voor de uitvoerbaarheid en proportionaliteit, en waarschuwt voor ongewenste trickle-down effecten. Het trickle-down effect houdt in dat verplichtingen voor grote bedrijven via de keten doorwerken naar kleinere bedrijven.


Ook is er waardering voor het bredere doel van het voorstel: het versterken van de Europese concurrentiekracht, in lijn met het recente rapport van Mario Draghi over de toekomst van de EU. Volgens Nederland draagt het vereenvoudigen van duurzaamheidsregels bij aan een werkbaarder en beter uitvoerbaar systeem dat bedrijven ondersteunt in hun transitie.


Pas op de plaats

De Nederlandse implementatie van de CSDDD ligt stil zolang de onderhandelingen in Brussel nog gaande zijn. Pas als er duidelijkheid is over de uiteindelijke inhoud, zal het kabinet vervolgstappen zetten richting de Raad van State en parlementaire behandeling.


Voor bedrijven in onze sector onderstreept dit het belang van een actieve dialoog: met Brussel, met Den Haag én met elkaar. MVO volgt deze ontwikkelingen op de voet, samen met VNO-NCW en andere sectororganisaties, en bespreekt de implicaties in de verschillende werkgroepen.


De richting is helder: duurzame grondstoffen en due diligence blijven prioriteit. Maar de manier waarop telt minstens zo zwaar. En daarin zoekt Nederland naar balans: tussen ambitie en haalbaarheid, tussen duidelijkheid en werkbaarheid.